Tijdens de wintermaanden zien we vaak een toename in het aantal woninginbraken en diefstallen uit voertuigen. Wij leveren extra inspanningen door controleacties uit te voeren en te patrouilleren in inbraakgevoelige wijken. De politie kan echter niet overal tegelijk aanwezig zijn. Daarom willen wij graag een beroep doen op jou als inwoner. Jij weet het best wat er verdacht is in jouw buurt. Meestal ken jij de voertuigen van jouw buren of mensen die er regelmatig op bezoek komen, maar ook hun gedrag en gewoonten. Sociale controle is het beste wapen in de strijd tegen inbraken. Merk je iets dat niet klopt, verwittig ons dan meteen.


Iets verdachts gezien? Bel 101

Aarzel niet om 101 te bellen als je iets verdachts opmerkt. Dan kunnen wij onmiddellijk nazicht doen en is de pakkans groter. Telefoontjes van alerte burgers hebben al meermaals geleid tot het oppakken van verdachte personen. Wacht niet tot de volgende dag om ons te verwittigen. Dan zijn de verdachte personen al lang gaan lopen.

Het noodnummer 101 is 24/24u bereikbaar en staat in rechtstreeks contact met onze ploegen op het terrein. Mails of berichten via Facebook of Twitter worden niet permanent opgevolgd en zijn dus niet geschikt voor dringende meldingen. Blijkt er achteraf toch niets aan de hand, hebben wij het tenminste kunnen checken.


Wat is verdacht?

  onbekenden die rondlopen in de buurt van jouw woning of die van de buren;
  onbekenden die woningen of voertuigen in de gaten houden;
  vreemde gedragingen van onbekende personen in jouw buurt;
  onbekenden die aanbellen en vreemde vragen stellen;
  een onbekend voertuig dat traag rijdt en waarvan de inzittenden bijzonder veel aandacht hebben voor woningen of geparkeerde voertuigen.

Wat meld je?

Geef zoveel mogelijk informatie door:

  de juiste plaats en omstandigheden waarin de gedragingen zich voordoen;
  beschrijving van de betrokken personen: aantal, geslacht, leeftijd, huidskleur, postuur, lengte, kleding, opvallende
       kenmerken (littekens, tatoeages, juwelen, ...);
  beschrijving van het voertuig: nummerplaat, type voertuig, kleur, merk, opvallende kenmerken (belettering, stickers,
       schade,...);
  looprichting van de persoon of rijrichting van het voertuig;
  indien je voetsporen of andere sporen vindt, raak deze dan niet aan. Hou huisdieren op afstand en bescherm de
       voetsporen door bijvoorbeeld een doos over de voetafdruk te plaatsen.

 

Bedankt om mee uit te kijken!

 

 

In de afgelopen 10 jaar is het aantal ongevallen met een bestuurder onder invloed van alcohol met 20% gedaald. Toch waren er in 2018 nog steeds meer dan 4000 ongevallen met een bestuurder onder invloed van alcohol met doden of gewonde. Gemiddeld gaat het over ongeveer één letselongeval elke twee uur. Het blijft dus nodig om elke bestuurder te overtuigen om helemaal geen alcohol te drinken als je nog moet rijden. De slogan van de nieuwe BOB-campagne luidt dan ook ‘BOB. Altijd nul op.’


Problematiek van alcohol achter het stuur

11 ongevallen per dag met bestuurder onder invloed van alcohol

In de afgelopen 10 jaar is het aantal ongevallen met een bestuurder onder invloed van alcohol met 20% gedaald, zo blijkt uit een analyse van Vias institute. Desondanks waren er in 2018 nog steeds meer dan 4000 ongevallen met een bestuurder onder invloed van alcohol met doden of gewonden, gemiddeld gaat het over ongeveer één letselongeval elke twee uur. Meer dan 5200 mensen raakten daarbij gewond.
Alcoholgebruik heeft verschillende negatieve effecten op het rijgedrag: remmingen vervagen, de concentratie neemt af, de reactiesnelheid neemt af, bestuurders gaan meer slingeren, hun snelheid schommelt meer en een vorm van slaperigheid kan optreden. Toch denken bestuurders vaak dat ze nog steeds perfect in staat zijn om onder invloed van alcohol te rijden, wat te wijten is aan een vorm van overmoed.

Risico op een ongeval tot 200x hoger

Een andere vaststelling is dat bestuurders die onder invloed van alcohol rijden, meestal veel te veel gedronken hebben. Dat heeft uiteraard gevolgen voor de verkeersveiligheid. Je risico op een ongeval wordt groter, ook al heb je maar enkele glazen op. Meer dan 4 op de 10 bestuurders die bij een ongeval betrokken zijn, hebben zelfs een alcoholgehalte in het bloed van meer dan 1,8 ‰, of 3,5 maal de toegestane limiet.

Bij een verkeersongeluk lopen bestuurders met zo'n hoog alcoholgehalte ongeveer 200 keer meer kans om te overlijden dan nuchtere bestuurders. Dit is enerzijds te wijten aan het verhoogde risico op ongevallen en anderzijds aan de verwondingen die ernstiger zijn. Bestuurders die onder invloed van alcohol rijden, rijden namelijk vaker ook te snel en dragen bijvoorbeeld minder vaak de veiligheidsgordel.

BOB al bijna een kwart eeuw trouw op post

Al bijna een kwart eeuw staat BOB in ons land symbool voor de strijd tegen het drinken en rijden. Meer dan ooit blijven deze campagnes van essentieel belang om de maatschappelijke afkeuring ten opzichte van dronken bestuurders te vergroten.
In veel landen, met name in de Scandinavische landen, is de combinatie van niet- rijden en drinken een afgesproken "culturele code".
Er is een sterke sociale druk om niet onder invloed van alcohol te rijden. In België is die attitude nog niet voldoende aanwezig. Zo blijkt uit een Europese enquête dat 1 op de 4 Belgen (24%) niets zegt tegen een persoon die van plan is te gaan rijden, nadat hij te veel gedronken heeft. Er blijft dus nog veel werk aan de winkel om onze mentaliteit te veranderen en ervoor te zorgen dat bestuurders altijd nuchter zijn.


Nieuwe campagne : ‘BOB. Altijd nul op.’

Tijdens deze wintercampagne ‘BOB. Altijd nul op.’ benadrukken de VSV (Vlaamse Stichting Verkeerskunde), Brussel Mobiliteit, AWSR (Agence wallonne pour la Sécurité Routière), Assuralia (de beroepsvereniging van verzekeringsondernemingen), de Belgische Brouwers en Vias institute dat je pas echt helemaal BOB bent, als je niets gedronken hebt.

De boodschap van de BOB-campagne zal te zien zijn op affiches langs de weg in heel het land, maar ook op bussen van de MIVB in Brussel en De Lijn in Vlaanderen. Ook in talloze horeca-gelegenheden zullen weer tienduizenden bierviltjes liggen met de campagneslogan.

Een radiospot zal tussen 18 en 31 december te horen zijn op Radio 2 en StuBru en via de sociale media kanalen van BOB zal een campagnevideo verspreid worden. Die speelt in op de populariteit van de BOB-sleutelhanger. Na bijna 25 jaar is die BOB-sleutelhanger nog steeds de ultieme beloning voor wie bij een controle negatief blaast.

Je hebt tijdens deze campagne veel kans om zelf zo’n BOB-sleutelhanger te verdienen want de politie zal tijdens deze campagne weer massaal controleren. Dat geldt zeker tijdens het ‘weekend zonder alcohol’. Van vrijdagavond 10 januari tot zondag 12 januari zal de politie nog prominenter bestuurders controleren op alcohol achter het stuur.


Bron: BOB

 

 

Op 10 december 2019 vindt de volgende zitting van de politieraad plaats.  

 

Afbeelding kan het volgende bevatten: tekst

 

Een flirterig berichtje, een aanraking, een uitnodiging om na de werkuren iets te gaan drinken, aanpappen op de dansvloer, het sturen van expliciete foto's via Snapchat... Als het over seksuele zeden gaat, is het voor heel wat mensen niet meer duidelijk wat wel en niet kan. De campagne “Is 't Oké? Niet zeker? Check het!” wil helpen duidelijkheid te geven.

Dat is de slogan van de bewustmakingscampagne die Sensoa, het Vlaams expertisecentrum voor seksuele gezondheid, samen met de vrouwenbeweging “zij-kant” en de vzw “Zijn” heeft gelanceerd. Ze wil grensoverschrijdend gedrag bespreekbaar maken én voorkomen.

 

De 6 kenmerken van grensoverschrijdend gedrag

 

1. Toestemming = Ik krijg en geef een ja voor ik een stap verder ga op seksueel vlak.

2. Vrijwilligheid = Ik zet iemand (fysiek of verbaal) niet onder druk. Ik oefen geen geweld uit als ik iemand seksueel benader. Ik kan in alle vrijheid nee zeggen.

3. Gelijkwaardigheid = Ik weet dat ik mijn macht (fysiek, maatschappelijke positie of leeftijd) niet mag misbruiken. Ik heb het gevoel dat ik mijn grenzen kan aangeven als ik dat wil.

4. Ontwikkeling = Ik voel me helemaal klaar voor de stappen die ik zet en ze passen bij mijn ontwikkeling.

5. Context = Ik hou rekening met mijn omgeving en doe geen dingen die anderen storen of choqueren.

6. Zelfrespect = Ik denk na over de gevolgen van mijn seksueel gedrag voor mezelf en ga enkel verder als die gevolgen oké aanvoelen.

 

Doe de check en vermijd grensoverschrijdend gedrag

  • Krijg ik signalen dat de andere persoon toestemt met de interactie? 
  • Neemt de ander ook initiatief? 
  • Is het vanuit mijn positie oké wat ik doe? 
  • Kan de andere persoon het wel aangeven als deze iets niet fijn vindt? 
  • Zijn er naast een machtsverschil nog redenen waarom de ander moeilijk nee kan zeggen?  
  • Is er geen dwang uitgeoefend? 
  • Is het duidelijk dat het ook oké is als er niets gebeurt? 

 

Hoe helpen als je seksueel grensoverschrijdend gedrag ziet gebeuren?

Ben je getuige van ongewenste intimiteiten, seksuele intimidatie of een aanranding?

Het kan een groot verschil maken voor de betrokken persoon als omstaanders reageren. Wees dus alert en kijk of er iets is dat je kan doen. 

1. Aanspreken op gedrag: Je kan de persoon rechtstreeks aanspreken op zijn of haar gedrag. Vaak stopt het dan en hoef je er zelfs de sfeer niet voor te verpesten.

2. Afleiden: Je kan ook subtieler te werk gaan en voor afleiding zorgen om het gedrag te doen stoppen. Soms is het voldoende om gewoon in de buurt te gaan staan van de persoon die wordt lastiggevallen.

3. Anderen betrekken: Spreek een verantwoordelijke aan, betrek een vriend(in), spreek een andere omstaander aan, of bel 112 om hulp van politie in te roepen. 

4. Afwachten: Het is niet de bedoeling dat je jezelf door deze tussenkomsten in gevaar brengt. Als je op het moment zelf niet echt iets kan doen, kan je altijd nadien nog een steun zijn voor de persoon die wordt lastiggevallen.

Geef aan dat je mee hulp kan zoeken of aangifte doen als de persoon dat wil. 

 

Ik ben aangerand: hulp

Als je het slachtoffer bent van aanranding is het in eerste instantie belangrijk dat je ergens naartoe kan waar je je veilig voelt.

 

Praat met iemand die je vertrouwt: Het is goed om hier met een vertrouwenspersoon over te spreken, al is dat niet altijd gemakkelijk. Die persoon kan je ook bijstaan in de verdere zoektocht naar hulp. 

Hulplijn 1712: Deze hulplijn biedt gratis en anoniem een luisterend oor en kan je indien gewenst doorverwijzen naar verdere begeleiding. 

Zorgcentrum na seksueel geweld: Een Zorgcentrum na seksueel geweld ligt in een ziekenhuis. Je vindt zo een centrum in Gent, Brussel en Luik. Chatten kan ook.

 

Hoe aangifte doen bij aanranding?

Het is niet altijd een gemakkelijke beslissing om naar de politie te stappen. Ideaal gezien wacht je niet te lang met je aangifte, omdat de politie dan nog het meeste onderzoek kan voeren.

Bij wie aangifte doen: rechtstreeks bij de politie, via je huisarts, of via de spoeddienst van een ziekenhuis. Deze twee laatsten kunnen dan voor jou de politie inschakelen. Weet dat je altijd een vertrouwenspersoon mag meenemen om je te steunen. 

Aangifte doen bij aanranding: hoe verloopt dat? Je eerste reactie is vaak om je zo snel mogelijk te wassen. Als je klacht wilt indienen is dat echter niet zo een goed idee. Je lichaam en kledij kunnen immers belangrijke sporen bevatten. Een aangifte verloopt in de volgende fases: 

  • je legt een verklaring af bij de politie
  • eventueel word je lichamelijk op sporen onderzocht  
  • je wordt verhoord om het hele verhaal nog eens helder te krijgen 

Aangifte doen op een later moment: Nog niet klaar om aangifte te doen? Dat kan ook. Probeer wel om al naar een dokter of naar een Zorgcentrum na seksueel geweld in de buurt te gaan, ook al is het al enkele dagen geleden. Een arts heeft beroepsgeheim en mag dus niet zomaar naar de politie stappen. Op die manier heb je een onderzoek laten doen dat kan gebruikt worden als bewijsmateriaal als je later toch nog klacht wilt neerleggen.

Waarom aangifte van aanranding doen? 

  • het kan je helpen in je verwerkingsproces
  • er kan juridische opvolging komen
  • je kan verdere slachtoffers helpen voorkomen

 

Getuige van aanranding

Wat als je een aanranding ziet gebeuren? Stel dat je getuige bent van een aanranding in de publieke ruimte, bv. op straat of in een café. Wat kun je doen? Tussenbeide komen bij gewelddadige feiten is allerminst evident. Elke situatie is verschillend en je zult zelf (snel) moeten inschatten wat je kunt doen, zonder jezelf daarbij in gevaar te brengen. Er zijn wel enkele tips die je kunnen helpen om als omstaander tussen te komen bij een aanranding

Hoe reageer je als iemand je vertelt over een aanranding? Het kan erg confronterend zijn als een kind of volwassene je in vertrouwen neemt om over aanranding of misbruik te praten. Zeker wanneer de pleger een familielid of een bekende is.

Hoe kan je helpen?

  • blijf rustig en luister 
  • laat de persoon uitpraten
  • hecht geloof aan de feiten en geef geen uitgesproken meningen
  • zeg het slachtoffer dat het niet haar of zijn schuld is 
  • stel geen al te directe vragen over het misbruik (bij kinderen en jongeren) 
  • zoek samen met het slachtoffer naar gepaste hulp 

 

Meer info en bron: https://www.allesoverseks.be/seks-grenzen

 

 

In de buurt van het station, maar ook rond het dorpsplein van Kapellen, voorzagen we enkele weken geleden de hinderlijk geplaatste en "zwerffietsen" van het label "Ik bol het af".

Een week later controleerden we deze fietsen opnieuw en degene die niet verplaatst waren namen we mee: 23 fietsen, waaronder 2 gemerkte fietsen. De eigenaars van deze laatste hebben we verwittigd zodat zij hun fiets terug konden ophalen.

 

           

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Gisteren gingen Politiezone Noord en de Nederlandse politie van Bergen op Zoom samen op pad in het Belgisch/Nederlandse grensgebied van de gemeenten Woensdrecht, Kapellen en Stabroek. Deze gemengde patrouilles zullen we in de toekomst wekelijks of om de 14 dagen doen, om grenscriminaliteit beter aan te pakken. Dat kan drugs zijn, maar ook diefstallen in woningen, verkeer of andere vormen van overlast.

Een Nederlandse en Belgische collega surveilleren in één combi (afwisselend en Belgische of Nederlandse) en rijden aan beide kanten van de grens. Dankzij het vernieuwd samenwerkingsverdrag dat samenwerking van politiediensten binnen de Benelux meer mogelijkheden geeft, kan dit. Op 23 september 2019 ondertekenden de burgemeesters en korpschefs van de respectievelijke politiezones het engagement voor de internationale samenwerking voor de volgende 5 jaar.

De samenwerking tussen onze politiezone en die net over de landsgrens bestond al langer. Zo hielden we in het verleden ook al gezamenlijke gerechtelijke acties, soms ook met medewerking van de douane of de Koninklijke Marechaussee. Een patrouille met een Belgische en Nederlandse collega heeft voordelen. Zo is er op elk grondgebied iemand aanwezig die volledige politiebevoegdheid heeft. Uitwisseling van informatie gaat vlotter en elke collega kent de probleemsituaties aan zijn kant van de grens. Maar omdat grenzen criminaliteit niet tegenhouden, is deze uitwisseling juist zo belangrijk.